Heel wat vastgoedbeleggers kopen naast de gezinswoning nog een huis of appartement, ofwel als tweede verblijf, ofwel om te verhuren. Als het over een verhuurappartement gaat dan wordt er vaak gekozen voor een pand in de buurt van de gezinswoning, zodat er makkelijk de vinger aan de pols kan gehouden worden.
De vraag naar woningen of appartement zit al een hele tijd in stijgende lijn. En ook de komende jaren wordt er nog een groei verwacht. De vraag blijft stijgen door een stijgende bevolking, steeds meer alleenstaanden of scheidingen, bijkomende immigratie,...
Klassiek vastgoed verhuren kan voor een aantrekkelijk rendement zorgen. Heel wat verhuurders komen uit op een brutorendement tussen 4 en 5%. Het nettorendement schommelt vaak rond 3.5%, wat uiteraard aantrekkelijker is dan een spaarboekje.
Naast de maandelijkse huurinkomsten kan ook de waardestijging van het pand voor een grote meerwaarde zorgen. De waarde van vastgoed stijgt haast jaarlijks en op een termijn van 20 jaren kan er vaak een erg mooie meerwaarde gerealiseerd worden. De locatie van je pand speelt daarbij een cruciale rol. In buurten die opgewaardeerd worden kan het vaak erg snel gaan. De prijzen van de panden zijn daar doorgaans wat achter gebleven, maar eens de opwaardering bij de grote massa zichtbaar is dan maken de prijzen een inhaalbeweging. Een waardestijging van 30% op 5 jaren tijd is dan zelfs geen uitzondering. Het loont dus de moeite om de investeringsplannen van de lokale overheden op te volgen.
Huurinkomsten worden in België momenteel nog voordelig belast. Wanneer je verhuurt aan een particulier moet je alleen het kadastraal inkomen van het pand invullen op je belastingaangifte. Het KI wordt vermenigvuldigd met een indexcijfer en vervolgens vermeerderd met 40%. In de praktijk komt dit vaak uit op een belasting die overeenkomt met ongeveer 2 maanden huur.
Een pand op een goede locatie dat instapklaar is zal je moeilijk kunnen vinden onder de 250.000 euro. Naast de prijs van het pand zelf zal je ook registratierechten en het ereloon van de notaris moeten betalen, wat vaak al oploopt tot 25 à 30.000 euro. Wie nog niet over voldoende spaarcenten beschikt kan er altijd voor kiezen om een bijkomende hypothecaire lening aan te gaan. De huurinkomsten zijn dan ideaal gezien voldoende om de lening af te lossen.
Als je niet kiest voor nieuwbouw, dan kan je als verhuurder vaak geconfronteerd worden met grote herstellingskosten of renovaties. Zeker bij panden die ouder dan 30 jaar zijn zware renovaties vaak nodig, zoals een nieuwe badkamer of een nieuwe keuken. Vergeet ook niet dat een pand veel sneller verhuurd zal worden als het beschikt over een eigentijdse keuken en badkamer.
Zelf een huis of appartement verhuren brengt heel wat formaliteiten met zich mee. Je moet zelf een huurder kiezen en je zal af en toe te maken krijgen met mensen die hun huur niet meer kunnen betalen. Een huurder uit een appartement zetten is niet altijd eenvoudig en zulk een procedure kan een lange tijd aanslepen.
Een geschikte nieuwe huurder vinden neemt meestal ook wat tijd in beslag. Daarna moet je de electriciteitsmeter en watermeter overzetten,... heel wat beslommeringen die er toch voor zorgen dat een belegging in klassiek vastgoed niet altijd zorgenloos is. Bovendien sta je ook zelf in voor de grote herstellingen en grote onderhoudswerken, wat heel wat planning met zich meebrengt.
Vaak wordt er ook gekozen voor een tweede verblijf om zelf van te genieten. Ergens rustig in het groen, dicht bij de zee of net in een bruisende stad. Alleszins een plek waar je kan ontspannen en dingen kan doen die je thuis niet kan doen.
Hoewel er in dit geval meestal niet gekozen wordt voor verhuur, kan het toch een interessante investering zijn. Geld op de bank brengt amper iets op en van een buitenverblijf kan je tenminste genieten. Bovendien kan de meerwaarde op termijn erg sterk oplopen.
Vaak kiezen de eigenaars er wel voor om het pand af en toe te verhuren, tijdens periodes waarin ze toch niet zelf aanwezig zullen zijn. De inkomsten die hiermee gehaald worden kunnen vervolgens gebruikt worden om de kosten te financieren, zoals de onroerende voorheffing of de belasting op tweede verblijven. Bij een appartement horen daarnaast ook nog gemeenschappelijke kosten en deze kunnen al snel oplopen.